zaterdag 8 december 2007

'Wat wil je..

..drinken?' vraagt Peter in de lawaaige kroeg. 'Doe maar een malt' antwoord ik, want ik weet dat ik hem en mezelf weer veilig naar huis moet sturen. Peter komt terug met een mooi bol glas op een even fraaie voet. Dat presenteren ze hier aardig denk ik en ik neem een slok, niet verkeert denk ik weer. 'Wat voor malt is dit Peter?' roep ik  'PALM!!'  schreeuwt hij terug. Zoals ik al begon, het was een lawaaige kroeg. Ik heb niets tegen stevig Napalmen na een dag werken hoor, maar deze slokken doen mij direct spijt krijgen van mijn aanbod om BOB te spelen. De cijfertjes in de rechterbenedenhoek van mij scherm vormen 02:26 op dit moment, en ik heb Peter net veilig bij zijn fiets in Assen afgezet. In Groningen zijn we naar de collegaborrel geweest. Mediacollega's van diverse pluimage ontmoeten elkaar daar bij tijd en wijlen, en keuvelen daar terwijl ze zich laven aan de versnaperingen die de goedlachse herbergier ons offreert. Gewoon zuipen en over televisie lullen dus. Gezellig, de één twijfelt over de toekomst omdat ze werkzaam was bij een niet nader te noemen facilitair bedrijf met wortels in Hongarije, en de ander verteld over hoe mooi het is om voor het eerst een live tv program te presenteren. Vervolgens een sausje van grootspraak over mooie shots, en een vleugje kankeren op camjo's en de maaltijd is kompleet. Ik ben er lang geleden ook eens geweest, en ik kan me er niet méér van herinneren dan het blad bier dat ik al struikelend over de RTL correspondente heen gooide.



Grappig hoe mensen veranderen naarmate ze meer aan Bacchus offeren, en ze ruiken denk ik dat ík niet hem meegedaan aan het drankgelag, want af en toe schuift er een collega aan die een droevig persoonlijk verhaal begint over twijfel en wanhoop. Deze gesprekken wissel ik af met een, inmiddels vertrouwd, bezoek aan het twalet. Want maltbier doet de blaas wel werken kan ik u melden, terwijl ik over de laptop grijp naar mijn pijpje pils. Terug op de kruk luister ik naar mijn collega's en probeer ik de stampende beats uit de speaker te negeren. Wanneer ik terugschreeuw weet ik zeker dat ik dit met de nodige consumptie doe, maar inmiddels is gebleken dat aangeschoten mensen mij daarin overtreffen. Ik veeg mijn gezicht af en wandel maar weer eens naar de bar, ik zou zweren dat ik iemand 'mietje' hoorde fluisteren toen ik een maltbier bestelde. Ik neem een paar pilsjes mee voor degene die dat wilde, zou ik ook niet 1..... Neen, op mijn schouders rust de taak om zowel mijn collega alsook de familie stationwagon veilig terug te brengen naar Assen. Peter stapte lachend op de fiets met de woorden 'de volgende keer rij ik wel..'  Ik weet het niet, ik heb een leuke avond gehad, kan me in tegenstelling tot de vorige keer, alles herinneren, én ik sta straks zo fris als een hoentje weer op. Ik ken mezelf, 's avonds een vent, 's ochtends geen stuiver meer waard. Misschien rij ik dan wel weer.



Er zijn veel foto's gemaakt, maar niet door mij. Ik vrees dat enkelen hier later nog wel terecht zullen komen.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten